Veel aquaristen houden naast hun aquaria er tegenwoordig ook een vijver op na. Meestal is zo’n vijver dan beplant met datgene, dat het tuincentrum of de vijverspecialist in zijn assortiment heeft. Het kan ook anders. Heel wat van de ons bekende aquariumplanten kunnen in of langs de vijver worden gebruikt.
Veel leden van de WAP (Werkgroep Aquatische Planten) hebben in de loop der jaren al heel wat uitgeprobeerd en het blijkt dat er aardig wat planten geschikt zijn om in en langs de vijver te gebruiken. Submers zijn bijvoorbeeld: Vallisneria spiralis, Zosterella dubio en niet te vergeten Vallisneria americana (syn. V. gigantea), die in een vijver een enorme groei kan vertonen. Het aantal planten dat geschikt is voor het moerasgedeelte van een vijver is zeer groot.
U weet dat de meeste van onze aquariumplanten geen echte waterplanten zijn. Veel van de door ons in het aquarium gehouden planten zijn moerasplanten, die in de vrije natuur maar een bepaalde periode van het jaar onder water verblijven of zelfs hun hele leven lang maar voor een gedeelte of in het geheel niet in het water staan. ‘Makkelijke’ aquariumplanten voor het moerasgedeelte of de rand van de vijver zijn bijvoorbeeld Bacopa caroliniana, Rotala rotundifolia, Ludwigia-soorten, Lobelia cardinalis, de kleine Glossostigma elatinoides, maar ook Echinodorus-soorten kunnen langs de vijver (zie ook het artikel van P. van der Vlugt, Het Aquarium april 2003, pag.129-131).
Voorbereidingen
Het is aan te bevelen dat men zowel de echte waterplanten als de moerasplanten in een bloempot zet. Men heeft dan de substraatsamenstelling beter in de hand en bovendien zijn de planten in het najaar makkelijker te verwijderen. Waterplanten zijn natuurlijk gemakkelijk in de vijver te zetten; vooropgesteld, dat men de tijd neemt de planten aan het temperatuurverschil te laten wennen. Bij moerasplanten ligt de zaak anders. Deze planten staan in ons aquarium normaal gesproken onder water en we moeten deze planten dus geschikt maken voor een leven boven water. Als voorbeeld nemen we Rotala rotundifolia.
Om te kunnen beginnen, hebben wij niet veel nodig. Als we wat stekjes van zo’n 5 cm beschikbaar hebben, kunnen wij die eerst in het aquarium laten wortelen (niet noodzakelijk). Hierna worden ze uitgeplant in een mengsel van half zand, half potgrond, dat goed met de plantenspuit wordt bevochtigd. Over het bloempotje komt een plastic boterhamzakje, dat gesteund wordt door vier satéprikkers. Vervolgens wordt het bloempotje in een bakje met plusminus 3 cm water gezet. Daarna kan het geheel in de vensterbank worden geplaatst, natuurlijk niet in de zon. Het is raadzaam om de eerste weken de plantjes met een krantje af te schermen en het zo nu en dan wat vocht vernevelen heeft een gunstige uitwerking.
Wennen aan een drogere lucht
Wanneer na een tijdje de groei er zichtbaar in zit, kan er een puntje van het plasticzakje worden afgeknipt, zodat de plantjes langzaam aan de drogere lucht kunnen wennen. Heeft dit geen nare gevolgen, dan kan men geleidelijk aan meer weg knippen, totdat de plantjes helemaal in de relatief droge atmosfeer van de kamer staan. De blaadjes zijn nu wat wasachtig geworden en door de verandering van onder naar boven water zijn er zogenaamde aanpassingsverschijnselen waar te nemen. In sommige gevallen ziet de submerse (onderwater)vorm er zelfs beduidend anders uit dan de emerse (bovenwater)vorm. Rotala rotundifolia is hiervan een sprekend voorbeeld. Bij de emerse vorm zijn inderdaad de blaadjes rond (rotundifolia = met ronde bladeren) en veel groener dan de onderwatervorm.
(links)Bovenwatervorm van Glossostigma elatinoides met bloemen (foto R. Slinger)
(links)Bovenwatervorm en bloemen van de vaantjesplant, Hygrophila difformis
Temperatuur
Natuurlijk is het niet zo, dat men in pakweg februari een Amazonezwaardplant langs de rand van de vijver moet ingraven. Zo’n tropische plant redt dit natuurlijk niet. De temperatuur is veel te laag en in februari is (nacht)vorst heel normaal. Ook zijn in die periode de meeste van onze inheemse vijverplanten (schijnbaar) nog in diepe rust. Wel kan men al vroeg binnenshuis met het aanpassen van submers naar emers beginnen.
Wanneer dan wel planten?
Afhankelijk van het weer kan men de afgeharde planten half juni in en langs de vijver planten. De eerste dagen moet men de planten goed observeren. Opassen blijft geboden, want niet alleen harde wind en lage temperatuur, maar ook felle zonneschijn kan voor een plant funest zijn. Ook moet men ervoor zorgen, dat de planten voldoende vochtig blijven. Als de planten net buiten zijn geplant, is een paar keer per dag nevelen met de plantenspuit ideaal.
(links)Mexicaans eikenblad, Shinnersia rivularis, in bloei
(links)Bovenwater-vorm van Alternanthera reineckii
Bloei
Als alles goed gaat en het weer zit een beetje mee, dan zullen deze emers gehouden planten na verloop van tijd bloeien en zult u versteld staan van de fraaie bloeiwijze van deze overbekende aquariumplanten. Bacopa caroliniana met paarsblauwe bloemen, Hydracotyle leucocephala met kleine, witte bolletjes. Glossostigma elatinoides heeft roodachtige vlezige blaadjes gekregen en bloeit met minuscule, witte bloempjes. Een aanbevelenswaardig en gemakkelijk verkrijgbaar plantje is Lobelia cardinalis, die emers purperachtig gekleurde blaadjes krijgt en met fraaie, rode bloemen bloeit.
Wanneer weer naar binnen?
Half september breekt de tijd aan, dat alles weer naar binnen moet, want niet alleen de lagere temperatuur, maar ook de wind zorgt ervoor, dat de planten snel aftakelen. Binnen kunt u de planten op een lichte en niet te koude (minimaal 15 °C) plaats laten overwinteren. Om de planten voldoende vochtig te houden, kunt u de potten in bakjes met water zetten. Niet alles hoeft naar binnen. Het Leidse plantje (Saururus cernuus) en enkele Vallisneria-soorten kunt u buiten laten overwinteren. Maar ook bijvoorbeeld Cabomba caroliniana en Micranthemum umbrosum zijn winterhard gebleken. Deze planten overleven, zolang ze maar diep genoeg staan, de koude winter. Soorten, die het in de kou niet redden, zijn onder andere de vaantjesplant (Hygrophila difformis), het Belgisch groen (Hygrophila polysperma), Alternanthera reineckii, het Mexicaans eikenblad (Shinnersia rivularis), Bacopa monnieri en Bacopa caroliniana.
Werkgroep Aquatische Planten (W.A.P.)
Het emers houden van aquatische planten zowel binnenshuis als buiten geeft een extra dimensie aan de aquariumhobby. Aan het begin heb ik de W.A.P. genoemd. Eigenlijk zou iedere aquariumplantenliefhebber hier lid van moeten zijn. In deze werkgroep is enorm veel kennis aanwezig (liefhebbers en professionals) en als men een bijzonder aquatisch plantje zoekt, is het meestal daar aanwezig. Ook geeft men een zogenaamde W.A.P. krant uit, waarin zeer veel wetenswaardigheden staan over aquatische planten. Lid worden is het overwegen meer dan waard!
Categorieën:
Planten
Auteurs:
Rob Slinger
Fotografie:
Loek van der Klugt